In het beroepsonderwijs wordt het Meester – Gezel model vaak als een ideaal model gezien. De evolutie hiervan biedt nog veel meer perspectief. Voor de “meester”, de “gezel” en juist ook voor de ontwikkeling van kleine bedrijven en ZZP-ers.

Het Meester-Gezel denken wordt vaak genoemd als een goed voorbeeld bij het opleiden van vakmensen. En dat is het in veel opzichten ook. In veel beroepen is de directe transfer tussen een ervaren professional en een student een zeer effectief opleidingsmodel. Het is wel een wat traditionele benadering en een voorbeeld van een klant-leveranciersrelatie.

In de actualiteit van het beroepsonderwijs ervaren we een veranderende rol van de student. De student is zelden meer het “lijdend voorwerp” in een leerproces. De student is telkens meer een volwaardig onderdeel van een leerproces dat gekenmerkt wordt door co-creatie. Die co-creatie vindt plaats in de driehoek school <=> student <=> bedrijf. Evolutie van een enkelvoudige relatie, naar een wederzijdse relatie naar echte co-creatie. 

Graag zoom ik verder in op de meerwaarde van de student in deze samenwerking en relateer ik dat aan de context van provincie Flevoland en de stad Almere. Het werkgebied van onze mooie ROC. De ontwikkeling van een meer circulaire economie is een groot speerpunt en simpelweg ook een noodzaak. Dat biedt veel kansen.

Het bedrijfsleven in het zuidelijk deel van de provincie en de stad kenmerkt zich door veel kleinbedrijf en ZZP-ers. Dat zegt iets over het ondernemerschap en de pioniersgeest die voelbaar zijn. Tegelijkertijd ervaren we dat onze studenten zelden bij deze bedrijven stage lopen en wij deze ondernemers zelden in het kader van een Leven Lang Ontwikkelen (LLO) in ons ROC ontmoeten. Dat is om meerdere redenen ontzettend jammer. Een waardevolle co-creatie is er zo nog niet.

Terug naar meerwaarde van onze studenten. Een voorbeeld: Zij worden in hun studie geconfronteerd met de impact die technologie heeft. En het tempo waarin zich dat ontwikkelt. In de zakelijke dienstverlening zien we dat die expertise van onze studenten juist van grote meerwaarde is voor bedrijven. En de context van het bedrijf blijft leerzaam voor de student. Zo ontstaat een zeer waardevolle co-creatie waarin studenten zich ontwikkelen, bedrijven daarin participeren en de kennis van onze studenten benutten. Dit is een voorbeeld van het Meester – Gezel 2.0 leren waarin de rollen ook omgedraaid zijn. In ons New Tech Business programma brengen we dat in de prakrijk.

In het MBO is de disseminatie van kennis belangrijk. Juist actuele en nieuwe expertise van onze studenten kan van meerwaarde zijn voor bedrijven en instellingen. Dat is in het perspectief van de economische ontwikkeling in Almere en het grote aandeel van kleine en eenmansbedrijven een kans die we meer kunnen benutten. Juist hier ligt het potentieel om de bedrijven toegang te geven tot kennis die kan helpen efficiënter en effectiever te ondernemen en/of te groeien. En de kans voor studenten om te leren van pionierende ondernemers. Een eenvoudige win-win juist ook vanuit het perspectief van een circulaire economie.

De logische vraag is waarom deze co-creatie nu nog marginaal plaatsvindt. Een reden hiervan is dat het voor de meeste kleine ondernemingen bijna ondoenlijk is om een erkend stagebedrijf te worden. Dat vraagt heel praktisch om een forse tijdsinvestering die vaak een direct negatief gevolg heeft op de noodzakelijk omzet om het hoofd boven water te houden.

Voor dit probleem zijn vele oplossingen te bedenken. Bijvoorbeeld het stimuleren van samenwerking tussen kleine bedrijven of het anders organiseren van de begeleiding van stagiaires. Er zijn al goede voorbeelden zoals het Digilab project.

Welke oplossing we ook bedenken, we zullen het samen moeten doen in de triple helix. Want stuk voor stuk kunnen we het niet alleen.

Dus wie doet er mee?

Share This